Het blijft lastig om als relatieve buitenstaander mee te beleven wat de collega al jaaaaren meemaakt. Staan we bijvoorbeeld met een groep ‘conducteurs scolaire’ bij elkaar. Let wel, het is een gemêleerd gezelschap chauffeurs die dit parttime doen, soms al ‘retraitée’ (met pensioen) en vervolgens hoor ik bijv “de buitenlanders pakken onze banen af en maken het onveilig”.

Ik wijs dan voorzichtig en galant op het feit dat er in de groep hier op perron met de bussen hier bij elkaar met collegae een Portugees Roderique, Spanjaard Antonie en een Nederlander staan en dat zijn toch buitenlanders en dan begint iedereen te lachen want ja dat hoorden we aan jouw taal.

Maaaaarrrrrrr ‘ jij bent geen ‘maghrebine’ en dan komt de gedeeltelijke onverwerkte historie los van het het Franse koloniale verleden in Noord Afrika en de beleefde en vooral de feitelijke achterstellingen van de laagbetaalden. Daar zit wel een heleboel geschiedenis in en ook waarheid. Ik ga daar een blog aan wijden.

Door de elections komt de tegenstelling tussen stad en platteland, hoger en lager opgeleiden en arm en rijk weer vol in het licht e staan.

Ook hier waar wij wonen zien wij het vertrek van jongeren toenemen, mensen door de regio zwerven en bedelen, alcohol gebruik in huis en op straat en weinig geld te besteden. Dat is te zien aan bijvoorbeeld mensen die hout sprokkelen in het bos  en de vaak kleine verwaarloosde vervallen huizen en boerderijen waar men in woont, soms niet aangesloten op de watervoorziening.

Wij hebben nog waterleiding moeten laten aanleggen in 2020 en dat had een stevig prijskaartje, niet voor iedereen weggelegd dus. In het plaatsje hier verderop zie je de winkelstraat langzaam de winkels sluiten… De bakker wordt vervangen door een broodautomaat, de vele leegstaande en verwaarloosde huizen bieden een troosteloze aanblik, de infrastructuur raakt achterop.

Er werd mij gisteren een stuk toegezonden toen ik met dit blog bezig was en dat verwoordt redelijk mijn waarneming. Naar aanleiding hiervan wil ik het bij uitzondering citaten plaatsen met bronvermelding. Het komt uit de boekenbeschrijving van de krant NRC .

Ik maak gebruik hieronder van citaten die zijn geschreven in NRC door Dirk Vandenberghe. Ik heb er wat foto’s bijgeplaatst en ben zo vrij geweest het stuk in te korten en te bewerken, echter het geeft goed weer hoe de vlag wappert in France , al is het een beetje is afhankelijk van de coleur local.

Parijs is een heel andere stad als je er woont dan wanneer je er even een paar dagen op bezoek bent, stelt Wester vast. Parijs spreekt nog steeds tot de verbeelding en blijft met zijn vele musea, galerieën, theaters, opera’s, boekwinkels en jazzcafés een aantrekkingspool voor veel liefhebbers van kunst en literatuur. Maar de code kraken om in de Franse hoofdstad deel te nemen aan het dagelijkse leven blijkt lastig, en vaak frustrerend.

Maar historicus Kuper boort ook enkele lagen dieper. Hij ziet hoe Parijs worstelt met zijn rol op het wereldtoneel, de stad is al lang niet meer de navel van de wereld, Parijs voelt alsof het passé is. Het land heeft moeite om de globalisering te accepteren, of zoals Fransen het noemen, de ‘moderniteit’. Daarmee geven de Fransen deels ongewild aan dat de Engelstalige wereld nu dominant is, en la francophonie tot het verleden behoort.

Franse taal spreken is sowieso al een nadeel in die geglobaliseerde wereld, maar een nog groter nadeel is Frans denken: minder gebaseerd op feiten, meer op filosofische principes. Fransen vinden feiten vaak saai en fantasieloos, maar daar kom je niet ver mee als je pakweg wereldleiders probeert te overtuigen om Irak niet binnen te vallen, zoals voormalig buitenlandminister en premier Dominique de Villepin mocht ondervinden.

Dat is pas de afgelopen jaren wat gekeerd, sinds Emmanuel Macron met zijn technocratische, meer op de rest van de wereld georiënteerde volgelingen het Élysée veroverde.  Maar Macron staat niet alleen symbool voor die vernieuwde ruimere blik op de wereld. Hij wordt tegelijkertijd gezien als de vertegenwoordiger van de Parijse elite.

Kuper beschrijft de Parijse elite als een soort gesloten kaste. Machthebbers uit politiek, ambtenarij, bedrijfsleven, kunsten en media klitten samen in hun bubbels en besturen vanuit Parijs Frankrijk alsof het om een oude kolonie gaat. Ze zien zichzelf ook als de elite, niet alleen politiek en intellectueel, maar ook moreel.

netwerken

De banden worden aangehaald tijdens vele diners, galerieopeningen en voor de meest intieme vrienden ook gezamenlijke vakanties. Je kan de grootste politieke rivalen aantreffen in het restaurant of op de tribunes van Roland Garros of voetbalclub Paris Saint-Germain, terwijl ze hoffelijk met elkaar converseren en grapjes uitwisselen.

Macron kon lang de centrum-linkse bohémiens en de minder hippe centrum-rechtse bourgeois verzoenen. Hij kon zelfs op brede steun rekenen buiten Parijs. Veel Fransen zagen in Macron de vernieuwer, die een halt probeerde toe te roepen aan de corruptie en zelfverrijking.

Maar Macron zijn keizerlijke gedrag breekt hem ondertussen zuur op. De meeste Fransen zien hem nu als een gewichtig doend bankiertje, verkleed als koning. Macron is het vertrouwen kwijt, zoals ook bleek in de eerste ronde van de parlementsverkiezingen afgelopen zondag, die desastreus verliep voor zijn partij.

(Bob: van het volgende ben ik wel van geschrokken) Frankrijk is sowieso al wat sociologen een ‘low-trust society’ noemen: van alle West-Europeanen hebben Fransen het minste vertrouwen in hun medemensen, slechts één op de vijf denkt dat de ander is te vertrouwen. Fransen zijn wereldkampioen pessimisme.

Dat gevoel wordt van jong af aan versterkt door een hard onderwijssysteem dat hamert op perfectionisme, waarbij ‘pas mal’ (niet slecht) het grootste compliment is dat je als kind of puberende tiener kan krijgen.

Maar net die boerenpummels van het platteland voelen zich verwaarloosd door het elitaire Parijs. Dat ongenoegen zit dieper dan het protest van gilets jaunes tegen stijgende brandstofprijzen.

Dat blijkt ook uit Ons huis aan het spoor van cultuursocioloog Liesbet van Zoonen. Zij schreef een grondige en bij momenten fascinerende geschiedenis van landelijk Frankrijk met als rode draad het spoorhuisje dat ze dertig jaar geleden kocht in een gehucht, Le Grand-Pressigny, ergens tussen Tours en Poitiers. Ze treft er een dorp dat na het opdoeken van de spoorlijn en de kunstmestfabriek ternauwernood kan overleven, dankzij wat toerisme en vakantiebewoners.

De spoorlijn was begin 20ste eeuw naar het dorp gehaald als motor van de vooruitgang, de spoorwegen staan symbool voor de modernisering van het platteland. Maar zelfs het spoor kan op termijn de leegloop van de dorpen niet stoppen.  Van Zoonen ziet hoe in 2013 de rails langs haar huis worden afgebroken en vervangen door een geasfalteerde fietssnelweg. Denkt de politiek dat dat vooruitgang brengt…

Sinds corona is er sprake van een minieme vlucht van de stad naar het platteland. De neo-ruraux (nieuwe plattelanders) hopen er een groener en socialer leven te vinden, enkelen experimenteren met alternatieve vormen van landbouw, veeteelt, natuurbeheer of toerisme. Maar de rurale renaissance is miniem, en evengoed een vorm van gentrificatie waarbij ware plattelanders klagen over Parisiens of Lyonnais die de codes van het platteland niet kennen.

De sociale kloof is diep, in het vorige decennium waren er bijna 20.000 processen waarbij neo-ruralen hun buren aanklaagden wegens overlast door kraaiende hanen, gekwaak van kikkers of beierende kerkklokken. De Franse regering zag zich hierdoor in 2021 zelfs verplicht een wet aan te nemen ter bescherming van het ‘zintuigelijk erfgoed’ van het platteland.

 

Uit het vertrekken om werk te zoeken

De schaduwzijden van het plattelandsleven en denk aan de schrikbarende jeugdwerkloosheid (meer dan 20 procent), waardoor steeds meer jongeren vertrekken. Dat heeft de regio Berry na Corsica de dunst bevolkte regio van Frankrijk gemaakt. In een sowieso al wat geïsoleerd gebied zonder grote snelweg zijn in het vorige decennium 25.000 Berrichons vertrokken.

Wester verkocht uiteindelijk ook haar huis. Wegens het wankele internet kon ze er niet werken aan haar boeken. Voor haar een lokaal probleem, ze kan immers ook in Parijs of Amsterdam aan haar boeken werken, maar voor haar dorpsgenoten, die ook voor interactie met de overheid steeds meer naar de digitale wereld worden verwezen, een dagelijkse nachtmerrie.

Wester loopt nog een laatste keer door het gehucht, dat even mooi is gebleven, maar haar oude buren zijn verdwenen, ze kan er niemand meer groeten. Het platteland mag dan al even mooi zijn, de bewoners leveren er vooral een continue strijd om te overleven. Wie daar niet in slaagt, vertrekt.

Wester schetst, net als Van Zoonen en Kuper, het beeld van een met zichzelf worstelend land. Meer dan andere westerse landen teert Frankrijk op een glorieus verleden, en heeft het moeite zich aan te passen aan nieuwe realiteiten. De kloof tussen kansrijk en kansarm is er niet alleen een tussen stad en platteland, ook binnen de steden en in de dorpen is de sociale kloof steeds zichtbaarder…..

de helft van de Franse werknemers verdient minder dan 2.091 euro netto per maand. En het aantal Fransen met het minimumloon – de zogenoemde smic, op dit moment 1.399 euro netto – steeg in de laatste drie jaar van 12 naar 17 procent….

Bij alle ongewisheid met de verkiezingen is toch vast te stellen het gaat niet goed met Frankrijk. Het land is verdeeld tussen stad en platteland, tussen arm en rijk en laag en hoogopgeleiden. Kortom de stedelijke bourgeoisie van hogeropgeleiden staat een provinciaal en volks Frankrijk en die stemt vaak RN blijkens de uitslagpolls vorige week.

In maar liefst 93 procent van de gemeenten eindigde RN op de eerste plaats. Nog nooit was het verschil tussen het welvarende Frankrijk en het platteland en de  steden – zo groot.


4 reacties

Tom · 6 juli 2024 op 17:19

Ik dacht voorheen altijd dat de Engelsen in Europa het meest conservatieve volk waren, maar het blijken de Fransen. Bij elk voorstel dat, door wie dan ook, wordt gedaan hoor je eerst de tegenwerpingen. Daarna wordt het geprobeerd, maar met twee stappen vooruit en anderhalf achteruit. Frankrijk heeft op het ogenblik zoveel staatsschuld dat het de helft van de schuld van de hele Europese unie schijnt te zijn. Meer dan 110% van het BNP. Mijn ervaring is dat de productiviteit ier laag ligt, dat hoeft niet heel erg te zijn, maar hier wordt vooral naar anderen gekeken als het gaat om wat er beter moet.

Bob V · 6 juli 2024 op 17:28

ha Tm, ja ik ben dat met je eens. ‘Daar komt bij dat agenten en onderwijzers geen huis kunnen kopen in de buurt van de steden waar zij werken, dat miljoenen hun huis in de winter niet meer kunnen verwarmen. De supermarchee is laatste jaren 30 procent duurder geworden ook voor ons volgens de Insee is een elektrische auto voor 90 procent van de bevolking buiten bereik. enz enz…

Leo · 7 juli 2024 op 11:58

Bob, het tragische voor Europa is, dat het in de UK niet veel anders is. Simon Kuper heeft er een fascinerende rapportage over geschreven in het AD: https://www.ad.nl/buitenland/wie-vanuit-londen-land-in-reist-staat-schok-te-wachten-grootste-deel-heeft-geen-economische-waarde~a9617b28/
Als je er niet bij kunt, laat het mij weten dan copieer ik het en stuur het als een document naar je toe.

Bob · 7 juli 2024 op 14:39

Dag Leo, dank voor je reactie. Ik reken de VK nog zelf nog tot Europa, al zijn ze uit het Schengenverdrag.
Ik ben geabonneerd op de Engelse krant “Guardian” en die berichten daar regelmatig over. Ondertussen wordt het een spannende dag in FRance. Maar goed we kijken tegen de vakantie aan en de andere grootheden laat ik even voor wat het is.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *